“Bij een paar vakken, maar vooral tijdens mijn stages, leerde ik over integraal capaciteitsmanagement (ICM). Dat vond ik leuk en ik was er goed in. Na mijn studie wilde ik graag aan het werk, maar vooral eerst meer kennis opdoen. Dus het Traineeship Planning en Logistiek in de Zorg was voor mij een schot in de roos.”

Ik begon in september 2020. Het idee achter het anderhalf jaar durende traineeship is dat je terug de schoolbanken ingaat en tegelijkertijd operationele ervaring opdoet. Voor mij was dat als patiëntenplanner in het LUMC, op de afdeling maag-, darm- en leveronderzoek. Ondertussen volgde ik het Excellence Program Health Capacity & Resource Management en leerde steeds meer over capaciteitsmanagement.

Iedere 4 tot 6 weken les: de nieuwste en beste inzichten over capaciteitsmanagement van zwaargewichten uit het vak. Daarnaast was er goede coaching en een soft skills-programma. Ook heel leerzaam en waardevol. Even een stapje terugdoen en feedback krijgen over hoe je in elkaar zit. Ik ben bijvoorbeeld niet zo goed met conflicten, maar heb geleerd om dat los te zien van mijn eigen persoon. Mensen vinden iets van mijn boodschap, niet van wie ik bén. Met dat inzicht is het makkelijker om rustig te blijven en niet overweldigd te raken door de hoeveelheid kracht die je soms over je heen kunt krijgen.”

“Het LUMC kon mij helaas niet de ruimte bieden die ik zocht. In goed overleg ben ik eind 2021 overgestapt naar het Erasmus MC, waar ik mijn traineeship heb vervolgd en afgemaakt. In het Erasmus was ik deels in dienst als adviseur roosterplanning – weer op een MDL-afdeling – en draaide ik 2 dagen per week bij de ICM-afdeling mee in grotere, ziekenhuis-brede projecten op het gebied van integraal capaciteitsmanagement. Ik ben na mijn traineeship gebleven, maar koos er in het najaar van 2022 toch voor om nog eens verder te kijken. Het werk op de zorgafdeling vond ik wat opzichzelfstaand en ontwikkelingen op het gebied van capaciteitsmanagement leefden daar minder dan bij de ICM-afdeling. Ze hadden bij de MDL hun handen vol aan de dagelijkse zorg.

Terwijl ik juist veel werkplezier haal uit het samen oplossen van problemen en sparren met collega’s die allemaal vakinhoudelijke kennis hebben van ICM. Meer centraal in de organisatie, zodat je op een overkoepelend niveau voor verbinding kunt zorgen. Bij de ICM-afdeling voelde ik me dan ook het meest thuis.

Een mooie uitdaging heb ik gevonden als adviseur bij het Capaciteitsexpertise Centrum in het Franciscus Gasthuis & Vlietland. Dit ziekenhuis zet versneld in op een verbetering van ICM op de polikliniek. Ook zijn we steeds meer bezig met de hele keten – van de eerste afspraak die een patiënt heeft tot gezond het ziekenhuis weer verlaten en alles daartussenin. Dat sluit naadloos aan bij wat ik in het traineeship heb geleerd.”

“Ik ben breed opgeleid, in alle aspecten van capaciteitsmanagement. Hoog over weet ik wat er speelt, maar ik kan ook snel de diepte in. Nu nog raadpleeg ik bijna wekelijks de lesstof, dikke pakketten met direct bruikbare informatie. Ik had het Excellence Program voor geen goud willen missen.

Integraal capaciteitsmanagement vind ik een mooie combinatie tussen cijfers en de gezondheidszorg, maar behalve cijfers komt er in de zorg veel meer bij kijken. Het zijn complexe puzzels, er zijn veel partijen en de belangen zijn groot. Professioneel een enorm leuke uitdaging. Binnen de zorg is bovendien nog veel te winnen. De logistieke inrichting wordt op veel plekken nog vrij intuïtief gedaan. Vanuit het perspectief van capaciteitsmanagement is dat lang niet altijd de beste manier. Zorgmedewerkers zijn erg bedreven in het helpen van patiënten, maar het goed inrichten van capaciteitsmanagement gaat niet per sé volgens dezelfde principes als het leveren van medische zorg. Waar patiëntenzorg namelijk veelal draait om het oplossen van problemen die zich aandienen, is capaciteitsmanagement in essentie meer gericht op het voorkomen van problemen, door middel van goede logistieke structuren en voorspellingen. Als deze inrichting goed is, kunnen we het meeste uit onze mensen en middelen halen, maar niet meer dan nodig.

In het Franciscus boeken we daarmee al mooie resultaten: meer patiëntenzorg met gelijkblijvende capaciteit. Of hetzelfde aantal patiënten behandelen met minder capaciteit, waardoor er tijd overblijft voor andere zaken. Met de juiste inzet van onze kennis kunnen wij ervoor zorgen dat we duurzaam omgaan met patiënten en personeel. Dat vind ik een heel mooie bijdrage.”